Bouwkundig detailleren voor tekenaar en ontwerper:
Metselwerk gevels scheurvorming en dilataties.
Voor de volgende onderwerpen ga naar:
scheurvorming;
de noodzaak van dilateren;
horizontale en verticale dilataties;
dilataties en gevelbeeld;
en als er dan toch scheuren zijn ontstaan;
Scheurvorming:
Algemeen:
Om (ongewenste) scheurvorming in metselwerk te voorkomen moeten zowel in baksteen muren als in muren van kalkzandsteen, betonsteen en betonblokken dilitatievoegen toegepast worden. Daar de specifieke eigenschappen van baksteen en kalkzandsteen anders zijn dan die van betonsteen of betonblokken moet er ook verschil gemaakt worden in de toepassing van dilitatievoegen voor de onderhavige materialen.
|
De oorzaken van scheurvorming:Scheurvorming treedt op als de spanning in een muur de treksterkte van het materiaal overschrijdt.De spanningen kunnen veroorzaakt worden door o.a.:
en door inwendige oorzaken zoals: Zolang de volumeverandering tengevolge van deze invloeden gelijkmatig plaats vindt en niet door aangrenzende konstruktiedelen belemmerd wordt is er geen aanleiding tot het ontstaan van trekspanningen die scheurvorming tot gevolg kunnen hebben. |
Scheurvorming voorbeelden:bron: aantekeningen HTS (artikel bouwwereld ?) en voorbeeldschetsen uit 1981 (Bredero blokkenboek) |
De noodzaak van dilateren:Om de hierboven genoemde scheurvorming te voorkomen moeten baksteengevels, e.d. waarnodig voorzien worden van dilataties.(Baksteen)metselwerk heeft een treksterkte die slechts circa 5% van de druksterkte bedraagt. Scheurvorming ontstaat wanneer deze treksterkte overschreden wordt en dat is sneller dan je zou verwachten. Dilataties in metselwerk werden pas van belang toen de traditionele kalkmortels werden vervangen door portlandcement-mortels en we de houten vloeren gingen vervangen door beton. Bij kalkzandsteenmuren was dilateren al vrij snel een normaal verschijnsel, omdat mede door de revolutiebouw van na de 2e wereldoorlog geen tijd meer aanwezig was voor het laten drogen van de verse stenen. Tijdens de periode van de na-isolatie van bestaande woningen in de zeventiger jaren werd dit nog meer duidelijk door de toenemende temperatuur spanningen in het buitenspouwblad. |
bouwtechnische dilataties.
Bouwtechnische dilataties in gevels zijn nodig vanwege het gekozen bouwproces. Door het wijzigen van de detaillering van de gevel kunnen in sommige gevallen bouwtechnische dilataties achterwege blijven. Bouwtechnische dilataties hoeven niet altijd over het gehele gevelvlak te worden aangebracht. Vaak is het voldoende een klein deel van de gevel los te maken van het totaal
Bouwfysische dilataties;
Bouwfysische dilataties zijn dilataties waarvan de toepassing op basis van het bouwfysische gedrag van de diverse materialen noodzakelijk is.
Deze dilataties moeten over het gehele gevelvlak worden aangebracht.
Horizontale en verticale dilataties:
Evenals in verticale richting zullen ook in horizontale richting dilataties moeten worden aangebracht.Deze dilataties zijn noodzakelijk, omdat er naast de thermische lengteverandering, in de hoogterichting vervormingsverschillen tussen het buitenblad en de binnenconstructie zullen ontstaan. Vanwege de koppelingen tussen het buitenblad en de binnenconstructie is het noodzakelijk het buitenblad op bepaalde hoogte te dilateren en boven de dilatatie aan de binnenconstructie op te hangen.
De vervormingsverschillen in hoogterichting worden veroorzaakt door:
- temperatuurverschillen tussen buitenblad en binnenconstructie;
- vervorming van de binnenconstructie ten gevolge van het gewicht van de constructie;
- kruip van de binnenconstructie ten gevolge van de in de constructie aanwezige drukspanningen;
- krimp van de binnenconstructie ten gevolge van het verlagen van het vochtgehalte in de verschillende constructieonderdelen tijdens het gebruik.
dilataties in gelijmde baksteengevels:
Een gevel, die is opgetrokken uit gelijmde baksteen, heeft andere stijfheid- en sterkte-eigenschappen maar de verschillen met betrekking tot het dilateren zijn gering.Dilataties en gevelbeeld:
De plaats van de constructieve dilataties wordt door de constructeur bepaald en de plaats van de, materiaal afhankelijke, dilataties wordt door de fabrikant van de toe te passen materialen in overleg met de bouwkundig tekenaar bepaald.Dilataties zijn op verschillende manieren te realiseren.
Voor gebouwen hoger dan 15 m wordt geadviseerd deze dilataties uit te voeren voorzien van een dichting met comprimeerbaar (rotbestendige) elastisch schuimband. Indien de dichting gewenst wordt door middel van een elastische kitvoeg, dan dient een dilatatiewijdte van ten minste 10 mm te worden ontworpen. Tevens moet een 10 mm brede dilatatievoeg met kit op een rugvulling worden toegepast indien er bijzondere eisen op het gebied van geluidsisolatie worden gesteld. Als kit kan het beste een polyurethaankit worden toegepast.
|
Omdat dilataties het gevelbeeld verstoren, zal een ontwerper (cq ontwerpende tekenaar) deze zoveel mogelijk willen camoufleren.
Dit kan door wat voegzand of droge voegmortel door de verse kit te wrijven (hetgeen arbeidsintensief is),
maar ook door b.v.:
- de dilatatie achter een hemelwaterafvoer te plaatsen;
- de dilatatie in het verlengde van een kozijnstijl aan te brengen;
- door verdiepingshoge kozijnen als dilatatie te gebruiken;
- door de dilatatie in het metselverband op te nemen;
- door muurdelen ten opzichte van elkaar te laten verspringen ter plaatse van een dilatatie;
- door muurvlakken in een afwijkend verband of een afwijkende kleur uit te voeren ter plaatse van een dilatatie;
- door de kleur van de dilatatie aan te passen aan de gevel;
- etc.
Vuistregels:
- De afstand tussen de verticale dilatatievoegen is maximaal 12 m (noordgevel 14 m).
- Bij in- en uitwendige hoeken altijd een dilatatievoeg maken. (bij uitwendige hoeken op circa 2 á 3 maal de koppenmaat uit de hoek).
- Het verdient aanbeveling metselwerk dat op een vloer of balk staat, ter plaatse van de steunpunten verticaal te dilateren.
Bij U-vormige gevelopeningen ook dilateren. Bij L-vormige gevelopeningen afhankelijk van de situatie. - Een dilatatie in de draagconstructie altijd doorzetten in het metselwerk.
- Horizontale dilatatievoegen om de 2 bouwlagen aanbrengen.
De eerste voeg moet maximaal 11 m vanaf het maaiveld worden gemaakt. - Horizontale voegen altijd afkitten.
Op dilataties lijkende voegen:
Bij knipvoegen worden de koppen van de stenen koud tegen elkaar geplaatst en niet verder afgewerkt.Deze voeg wordt vaak toegepast om verschillende stenen in het metselwerk op elkaar te laten aansluiten.
Deze knipvoeg kan niet als een dilatatievoeg beschouwd worden. Er is in dit type voeg namelijk geen mogelijkheid van ongehinderd uitzetten van het metselwerk aanwezig.
En als er dan toch scheuren zijn ontstaan:Zie als voorbeeld documentatie scheurherstel bij de verwijzingen naar externe sites van derden: |